Steden
In de Thaise steden heerst een grote bedrijvigheid. Dit komt mede omdat er zo veel Thaise mensen naar de stad trekken in de hoop werk te vinden. Er zijn veel winkels, restaurants, markten, straatstalletjes en eetkraampjes. Het verkeer is er altijd druk en meestal is er een groot busstation. De steden zijn ook erg dichtbevolkt. In tegenstelling tot de dorpen en bergvolkeren, die zijn juist helemaal niet dichtbevolkt. Er wordt ook vrijwel niet aan verkeersregels gehouden in Thailand. Het is letterlijk ieder voor zich. Er wordt over doorgetrokken strepen heen gereden en gevaarlijk ingehaald. Ondanks, gebeuren er niet meer ongelukken dan in ergens anders. Aangezien iedereen op dezelfde ‘gevaarlijke’ manier rijdt, werkt op de een of andere manier wel.
Bangkok
Bangkok werd in 1782 de hoofdstad van Thailand. Sindsdien is het getransformeerd van een kleine haven tot een wereldstad. Vooral sinds de tweede helft van de vorige eeuw groeidde Bangkok erg snel want veel plattelanders trokken erheen voor werk.
Het is een erg moderne stad met zijn kantoorgebouwen, warenhuizen, wolkenkrabbers, woonflats en zelfs een Chinatown. Maar daarnaast vind je er ook nog veel cultuur terug, zoals de tempels en paleizen. Dat geeft de originele naam van Bangkok ook wel aan: ‘Stad van de engelen, grote stad, residentie van de smaragden van Boeddha, ondoordringbare stad van Indra, grote wereldhoofdstad met negen kostbare edelstenen, gelukkige stad met enorme koninklijke paleizen als de hemelse paleizen waar de goden heersen, stad van Indra, gebouwd door Voshnukarm’. Zo werd de stad in 1782 door koning Rama I gedoopt.
Bangkok staat bekend om zijn verkeersopstoppingen, slechte watervoorzieningen en de vervuilde lucht. De Skytrain is echter een handige uitvinding geweest tegen de files. Dit is een erg luxe tram die boven de stad rijdt. Goed gebruik van ruimte en het is beter voor het milieu vind ik zelf. Helaas is dit echter wel te duur voor sommige Thaise mensen.
Bangkok heeft zeker ook betere kanten. Zo vind je er het enige echte Royal Palace, de beroemde backpackersstraat Kho San Road en de beroemde Skybar van de film ‘The Hangover’. Op elke hoek staat wel een Tuck Tuck (die toch wel heel handig alle verkeersopstoppingen weten te vermijden of er gewoon langs rijdt) of een kraampje waar insecten worden verkocht. De Thaise mensen in Bangkok zijn echter niet zo vriendelijk als in andere plaatsen. Ze dwingen je bijna om met de Tuck Tuck te gaan of iets te kopen in een winkel. En als je dan wegloopt uit een winkel zonder iets te kopen, kan je een vuile blik verwachten.
Chiang Mai, Ayutthaya en Lopburi
Na Bangkok is Chiang Mai de grootste stad in Thailand. Ook daar zijn veel tempels te vinden en het is een beroemde toeristenstad. Veel mensen van de bergvolkeren van Noord-Thailand komen naar deze stad om daar hun handwerk te verkopen. In bergvolk kleding en al. Ayutthaya was vroeger de hoofdstad van Thailand. Dit was toen een prachtig grote stad met een groot koninklijk paleis. Tot dat de Birmezen het land binnenvielen en Ayutthaya met de grond gelijk maakte. Van het paleis is nog vrij weinig over, alleen nog maar ruïns. Ook hebben de Birmezen alle hoofden van de Boeddha beelden afgehakt. Dit is natuurlijk een grote belediging tegenover een boeddhist. Het is dan ook verboden om je hoofd op zo’n boeddhabeeld te zetten en er foto’s van te maken. Het mag dan wel een leuke toeristenfoto zijn, maar het wordt als onrespectvol gezien. Toch zijn er veel toeristen die dit toch doen.
Lopburi is in vergelijking met andere Thaise steden niet heel bijzonder. Het is niet zo’n hele grote stad en ook hier zijn ruïnes van paleizen en tempels te vinden. Er is alleen één klein detail dat deze stad bijzonder maakt. Er wonen namelijk duizenden apen. Makaakapen om precies te zijn. Zij hebben zich gevesigd in het centrum van de stad, rond de ‘monkey temple’. Dit is één van de vele ruïnes in de stad. Dit zijn dus wilde apen en lopen gewoon los rond in de stad. Ze lopen over de weg, ze klimmen in de telefoonkabels en tv-antennes, ze stelen eten van mensen en ze zitten op auto’s. Dit is natuurlijk een grote toerisenattractie.
Dorpen
Naast deze steden bestaan er ook nog altijd dorpen. Alleen niet zo zeer dorpen zoals wij ze in Nederland kennen. Zo zijn er bij de bergvolkeren veel dorpen. Deze zijn dan vrij afgelegen en met geen tot weinig infrastructuur. De hutten zijn dan gemaakt van bamboe en stro. Natuurlijk is er ook sprake van dorpen in de lager gelegen gebieden. Deze huizen zijn dan vaak van hout gemaakt en staan op palen (tegen wateroverlast). In elk dorp staat een boeddhistische tempel en veel dorpen hebben een kleine lagere school.
De Karens vormen het grootste bergvolk. Andere voorbeelden zijn de Hmongs, Lahu’s, Akha’s, Yao’s en Lisu’s. Al deze bergvolkeren hebben een eigen taal en eigen cultuur. De nieuwe generatie’s spreken echter voor het grootste gedeelte wel goed Thai, dankzij de scholen. De meeste bergvolkeren zijn echter niet boeddhistisch, maar hebben vaak hun eigen ‘natuurgodendom’.
In de Thaise steden heerst een grote bedrijvigheid. Dit komt mede omdat er zo veel Thaise mensen naar de stad trekken in de hoop werk te vinden. Er zijn veel winkels, restaurants, markten, straatstalletjes en eetkraampjes. Het verkeer is er altijd druk en meestal is er een groot busstation. De steden zijn ook erg dichtbevolkt. In tegenstelling tot de dorpen en bergvolkeren, die zijn juist helemaal niet dichtbevolkt. Er wordt ook vrijwel niet aan verkeersregels gehouden in Thailand. Het is letterlijk ieder voor zich. Er wordt over doorgetrokken strepen heen gereden en gevaarlijk ingehaald. Ondanks, gebeuren er niet meer ongelukken dan in ergens anders. Aangezien iedereen op dezelfde ‘gevaarlijke’ manier rijdt, werkt op de een of andere manier wel.
Bangkok
Bangkok werd in 1782 de hoofdstad van Thailand. Sindsdien is het getransformeerd van een kleine haven tot een wereldstad. Vooral sinds de tweede helft van de vorige eeuw groeidde Bangkok erg snel want veel plattelanders trokken erheen voor werk.
Het is een erg moderne stad met zijn kantoorgebouwen, warenhuizen, wolkenkrabbers, woonflats en zelfs een Chinatown. Maar daarnaast vind je er ook nog veel cultuur terug, zoals de tempels en paleizen. Dat geeft de originele naam van Bangkok ook wel aan: ‘Stad van de engelen, grote stad, residentie van de smaragden van Boeddha, ondoordringbare stad van Indra, grote wereldhoofdstad met negen kostbare edelstenen, gelukkige stad met enorme koninklijke paleizen als de hemelse paleizen waar de goden heersen, stad van Indra, gebouwd door Voshnukarm’. Zo werd de stad in 1782 door koning Rama I gedoopt.
Bangkok staat bekend om zijn verkeersopstoppingen, slechte watervoorzieningen en de vervuilde lucht. De Skytrain is echter een handige uitvinding geweest tegen de files. Dit is een erg luxe tram die boven de stad rijdt. Goed gebruik van ruimte en het is beter voor het milieu vind ik zelf. Helaas is dit echter wel te duur voor sommige Thaise mensen.
Bangkok heeft zeker ook betere kanten. Zo vind je er het enige echte Royal Palace, de beroemde backpackersstraat Kho San Road en de beroemde Skybar van de film ‘The Hangover’. Op elke hoek staat wel een Tuck Tuck (die toch wel heel handig alle verkeersopstoppingen weten te vermijden of er gewoon langs rijdt) of een kraampje waar insecten worden verkocht. De Thaise mensen in Bangkok zijn echter niet zo vriendelijk als in andere plaatsen. Ze dwingen je bijna om met de Tuck Tuck te gaan of iets te kopen in een winkel. En als je dan wegloopt uit een winkel zonder iets te kopen, kan je een vuile blik verwachten.
Chiang Mai, Ayutthaya en Lopburi
Na Bangkok is Chiang Mai de grootste stad in Thailand. Ook daar zijn veel tempels te vinden en het is een beroemde toeristenstad. Veel mensen van de bergvolkeren van Noord-Thailand komen naar deze stad om daar hun handwerk te verkopen. In bergvolk kleding en al. Ayutthaya was vroeger de hoofdstad van Thailand. Dit was toen een prachtig grote stad met een groot koninklijk paleis. Tot dat de Birmezen het land binnenvielen en Ayutthaya met de grond gelijk maakte. Van het paleis is nog vrij weinig over, alleen nog maar ruïns. Ook hebben de Birmezen alle hoofden van de Boeddha beelden afgehakt. Dit is natuurlijk een grote belediging tegenover een boeddhist. Het is dan ook verboden om je hoofd op zo’n boeddhabeeld te zetten en er foto’s van te maken. Het mag dan wel een leuke toeristenfoto zijn, maar het wordt als onrespectvol gezien. Toch zijn er veel toeristen die dit toch doen.
Lopburi is in vergelijking met andere Thaise steden niet heel bijzonder. Het is niet zo’n hele grote stad en ook hier zijn ruïnes van paleizen en tempels te vinden. Er is alleen één klein detail dat deze stad bijzonder maakt. Er wonen namelijk duizenden apen. Makaakapen om precies te zijn. Zij hebben zich gevesigd in het centrum van de stad, rond de ‘monkey temple’. Dit is één van de vele ruïnes in de stad. Dit zijn dus wilde apen en lopen gewoon los rond in de stad. Ze lopen over de weg, ze klimmen in de telefoonkabels en tv-antennes, ze stelen eten van mensen en ze zitten op auto’s. Dit is natuurlijk een grote toerisenattractie.
Dorpen
Naast deze steden bestaan er ook nog altijd dorpen. Alleen niet zo zeer dorpen zoals wij ze in Nederland kennen. Zo zijn er bij de bergvolkeren veel dorpen. Deze zijn dan vrij afgelegen en met geen tot weinig infrastructuur. De hutten zijn dan gemaakt van bamboe en stro. Natuurlijk is er ook sprake van dorpen in de lager gelegen gebieden. Deze huizen zijn dan vaak van hout gemaakt en staan op palen (tegen wateroverlast). In elk dorp staat een boeddhistische tempel en veel dorpen hebben een kleine lagere school.
De Karens vormen het grootste bergvolk. Andere voorbeelden zijn de Hmongs, Lahu’s, Akha’s, Yao’s en Lisu’s. Al deze bergvolkeren hebben een eigen taal en eigen cultuur. De nieuwe generatie’s spreken echter voor het grootste gedeelte wel goed Thai, dankzij de scholen. De meeste bergvolkeren zijn echter niet boeddhistisch, maar hebben vaak hun eigen ‘natuurgodendom’.